Inkomsten:

 

Een belangrijke bron van inkomen van de Puttershoekers in de 17e en 18e eeuw was de vlasserij.
Het vlas werd vanuit Zeeland aangevoerd en hier verder verwerkt.
De naam van een van de straten, het Weverseinde, verwijst naar het feit dat daar linnenweverijen gevestigd waren. Wat later vond men werk in het afsnijden van biezen en riet en de verwerking daarvan, in de hoepelmakerijen en op drie scheepswerven.
De vestiging van de suikerfabriek in 1913 is van grote invloed geweest op de werkgelegenheid op het dorp.
Met de komst van de suikerfabriek kwamen veel arbeiders uit Noord-Brabant mee.
De middenstand profiteerde in de herfst, als het bietencampagne was, van de aanwezigheid van de vele seizoenarbeiders op de fabriek en de schippers die bieten aanvoerden.
De fabriek is in de loop der jaren een belangrijke bron van inkomsten geweest voor veel Puttershoekers en mensen in de Hoeksche waard.
Na de campagne van 2004 moest de fabriek van Puttershoek, zoals reeds veel suikerfabrieken in Nederland, haar poorten sluiten.